Als landbouwer heb je het in Nederland tegenwoordig niet gemakkelijk. Het is een feit dat de intensieve landbouw voor een deel verantwoordelijk is voor een hoge mate van CO2 en stikstof uitstoot. Daarom worden de eisen waaraan landbouwers moeten voldoen, steeds strenger. Momenteel kampt Nederland met de zogenaamde stikstofcrisis, waarbij het voortbestaan van veel landbouwers op het spel staat. Als je altijd de ambitie hebt gehad om agrariër te worden of je doet momenteel een opleiding landbouw, dan loop je tegen deze problemen aan. De belangrijkste vraag is dan ook, welk soort landbouwer word je?

Ga je voor conventionele landbouw of toch biologisch?

Als leek die geen verstand heeft van wat er allemaal bij komt kijken, is het misschien geen moeilijke keuze. Toch is dit als (startende) landbouwer een lastige keuze. Er zitten namelijk verschillende kanten aan. Hoewel het misschien vanzelfsprekend lijkt om voor biologische landbouw te kiezen, zitten er ook nadelen aan. Vanuit bedrijfseconomisch perspectief is biologische landbouw helemaal geen eerste keuze. Biologische landbouw levert namelijk minder op. Wil je toch eenzelfde omzet als bij conventionele landbouw, dan moeten er veel natuurgebieden ingeleverd worden en is biologische landbouw lang niet meer zo duurzaam. Anderzijds is het vanwege de huidige regelgeving ontzettend lastig om voor volledig conventionele landbouw te kiezen. Het levert het meeste op, maar veel maatregelen doen de winst ook weer verdampen.

Biologische landbouw wint het als duurzaamheid telt

De ondernemende landbouwer die enkel kiest voor omzet en een groot bedrijf, kiest voor conventionele landbouw. Tenminste, tot wat met de huidige regelgeving nog mogelijk is. Als het puur gaat om duurzaamheid en dat is steeds vaker het geval, dan moeten we denken aan een wereld met enkel biologische landbouw. Klinkt mooi, maar een lagere opbrengst heeft ook tot gevolg dat de wereld onvoldoende gevoed kan worden. En dat is niet handig met een groeiende wereldbevolking. Is er niet een tussenweg te vinden?

Er zijn mogelijkheden

Er zijn voor de landbouwer mogelijk om toch de conventionele landbouw niet geheel los te laten en toch een beetje biologisch te worden. Wisselteelt is bijvoorbeeld een techniek al lange tijd gebruikt wordt. Het is een vorm van landbouw waarbij landbouwers tot wel 80% minder kunstmest en bestrijdingsmiddelen nodig hebben en van een hogere opbrengst genieten dan bij biologische landbouw. Wisselteelt houdt in, dat de grond het volgende jaar niet voor hetzelfde gewas wordt gebruikt. Ziektes en plagen kunnen in de grond overleven en breiden bij een aanplant van hetzelfde gewas in het volgende jaar verder uit. Bij totaal ander gewas is dit niet het geval. De nieuwe gewassen groeien beter en er zijn nauwelijks of geen bestrijdingsmiddelen nodig. Zo wissel je ieder gedeelte van het land om jaarlijks af met andere gewassen.

Verder zijn er nog veelbelovende technieken die landbouwers verder kunnen helpen, zoals genetische modificaties. Dit staat nog in de kinderschoenen en is nog niet op grote schaal toepasbaar. Ook zijn nog niet alle voor- en nadelen in beeld. Toch is dit zeker een techniek om in de gaten te houden.