Op een steenworp afstand van winkelcentrum Keizerslanden ligt een kapotte koelkast tegen een ondergrondse container. Iets verderop, in het gras, slingeren vuilniszakken vol etensresten. Voor wie er woont, is het inmiddels bekend terrein. Afval hoort er hier een beetje bij. Steeds meer bewoners in Deventer lijken hun afval naast de container te zetten, in plaats van erin. En dat terwijl de gemeente Deventer juist flink inzet op het terugdringen van deze vormen van afval op straat.
In 2024 steeg het aantal bijplaatsingen en illegale stort in Deventer met 35% ten opzichte van het jaar ervoor. “Toen ik dat hoorde, was ik niet blij”, zegt Fokke Hoogland, gemeenteambtenaar grondstoffen. “We proberen van alles om het afvalprobleem tegen te gaan.”
Meer afval op straat
Deventer is geen uitzondering. Ook in Apeldoorn zijn vergelijkbare cijfers te zien. Circulus, het afvalinzamelingsbedrijf dat voor beide gemeenten werkt, spreekt van een landelijke trend. “Het aantal bijplaatsingen neemt toe, en de overlast ook”, vertelt Jasper Berenschot, gemeenteadviseur bij Circulus.
In Deventer werken ze nu al ruim tien jaar met het afvalscheidingssysteem diftar. Bewoners betalen een vast bedrag per jaar, en daarnaast per keer dat ze restafval weggooien. Het idee is dat mensen minder afval produceren als ze er direct voor betalen. “Men kent het ook wel onder de noemer: de vervuiler betaalt”, vertelt Berenschot. Vanuit verschillende hoeken is er kritiek dat mensen door dit systeem meer afval op straat achterlaten, omdat ze er dan niet voor hoeven te betalen. Hoogland vertelt dat uit landelijk onderzoek blijkt dat deze aanname niet klopt: “Er is geen verschil in bijplaatsingen tussen gemeenten met en zonder diftar.”
Het aantal meldingen dat bewoners in Deventer in 2024 maakte over afval op straat is ten opzichte van 2023 bijna 15% toegenomen. Maar specifiek in Keizerslanden is het tegenovergestelde te zien. Daar is juist een afname van het aantal meldingen over afval in de wijk. In 2024 ging ongeveer 15% van de meldingen in Keizerslanden over afval op straat, in 2023 was dit nog circa 26% van de meldingen. Volgens Hoogland heeft dit te maken met de nieuwe weg die de gemeente Deventer vorig jaar is ingeslagen. “De aanpak van de gemeente, samen met haar beheerders, begint haar vruchten af te werken.”
Beleid met goede bedoelingen
Om iets te doen aan de hoeveelheid afval op straat stelde de gemeenteraad eind 2024 een nieuw grondstoffenplan vast. In dat plan staan elf maatregelen, variërend van technische oplossingen tot gedragsinterventies. Eén daarvan is het gesprek aangaan met zogenoemde ‘nul-aanbieders’: mensen die nooit restafval aanbieden. “Soms blijkt iemand alles ontzettend goed te scheiden”, zegt Hoogland. “Maar het kan ook zijn dat mensen hun afval dumpen, of dat ze geen afvalpas hebben.” In plaats van meer boetes kiest de gemeente voor een sociale aanpak: achterhalen wat er speelt, en proberen hulp te bieden. Op dit moment vinden deze gesprekken plaats in de Rivierenwijk, maar er zijn plannen om dit uit te breiden naar Keizerslanden.
Verder wordt gewerkt aan een verbetering van de Circulus-app, zodat bewoners kunnen zien hoe vaak ze afval aanbieden en of een aangeleverde container ooit is afgekeurd. Dat laatste is vooral belangrijk bij PMD (plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons). Als een PMD-vrachtwagen voor 15% of meer bestaat uit spullen die geen PMD zijn, wordt de hele vracht namelijk afgekeurd en verbrand. Hoogland: “Daar zitten dan nog heel veel goede spullen in.” Op dit moment wordt ongeveer 10% van de vrachtwagens met PMD afgekeurd. Naast de technische kant wordt er ook gewerkt aan laagdrempelige initiatieven. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar mobiele inzamelpunten die door de wijk rijden en afval ophalen, voor mensen die geen vervoer hebben. Ook worden er in sommige buurten afvalfestivals georganiseerd, waar bewoners hun spullen kunnen inleveren en meteen leren hoe afval scheiden werkt. Vorig jaar werd dit bijvoorbeeld in Keizerslanden georganiseerd. Berenschot: “Je geeft mensen de gelegenheid om het afval in hun wijk weg te brengen. De reacties zijn super positief tot nu toe.”
Niet alles werkt
Ondanks alle inzet vanuit de gemeente lijkt het afvalprobleem vanuit het oog van de inwoners toch toe te nemen. Hoe kan dat? Volgens Berenschot kost het onder andere tijd om de inwoners bewust te maken van het systeem. “Het mededelen van hoe het werkt is niet zo moeilijk, maar je moet zorgen dat mensen het snappen. We hebben nu bijvoorbeeld uitlegfilmpjes ontwikkeld in verschillende talen die mensen kunnen bekijken.”
De huidige aanpak werkt daarnaast soms onbedoeld averechts. Circulus rijdt elke dag, behalve zondag, door de verschillende wijken van Deventer om het afval op te halen. Maar hierdoor lijkt het voor sommige bewoners alsof je het afval net zo goed gewoon op straat kunt zetten. Als bewoners zien dat afval snel wordt weggehaald, verdwijnt namelijk ook de urgentie om het goed te doen. “Dat is de paradox”, vertelt Berenschot. “Je haalt het meteen weg, dus mensen denken: ‘oh dat wordt lekker snel weggehaald, ik kan het gewoon daar neerzetten’.” Het laten staan van het afval is ook geen oplossing, omdat je daarmee een grote groep bewoners die het wel goed doet, benadeelt. Daarnaast kan het rondslingerende afval voor onveilige situaties zorgen.
Boetes uitdelen aan mensen die afval dumpen, werkt ook niet altijd. “Een boete geef je op het moment dat je een adres vindt”, zegt Hoogland. “Heel veel mensen zijn er gefixeerd op dat ze hun adressen niet meer achterlaten.” Hierdoor kan een deel van de veroorzakers van het afvalprobleem op straat niet gestraft worden, en zal het gedrag ook niet stoppen. Door bewoners van Keizerslanden wordt bijvoorbeeld geopperd om camera’s boven containers te hangen, maar dit is juridisch lastig en blijkt in andere gemeenten amper effect te hebben gehad.
Ook financiële prikkels, zoals het verhogen van het gratis stortquotum, blijken geen oplossing. Sinds twee jaar mogen Deventenaren gratis 300 kilo afval wegbrengen naar het Recycleplein van Circulus, in plaats van 100 kilo. Maar: “We zagen na die verhoging juist een stijging van illegale stort”, benoemt Hoogland.
Wat werkt dan wel?
De gemeente werkt nu aan het verzamelen van wijkgerichte cijfers, zodat plekken waar vaak afval ligt beter in kaart gebracht kunnen worden. Wijken als Keizerslanden en Rivierenwijk zijn daarbij een belangrijk focusgebied. Dat moet straks leiden tot een aanpak op maat, met wijkgerichte gesprekken en acties. Op deze manier hoopt de gemeente de afvaloverlast op specifieke plekken terug te kunnen dringen.
Daarnaast wordt gekeken naar ‘container-tuintjes’ – kleine groene perkjes rond de ondergrondse containers, om het bijplaatsen te ontmoedigen. Of dat werkt? Berenschot is voorzichtig: “Onderzoeken wijzen uit dat het niet echt werkt, maar het is per locatie afhankelijk.”
De oplossing
Wat wel duidelijk wordt, dat er geen eenvoudige oplossing is. Meer boetes lijken niet te werken, maar alleen begrip tonen ook niet. Extra kilo’s gratis kunnen storten helpt niet, maar afval laten liggen al helemaal niet. Het probleem is complex, sociaal en vaak ook psychologisch. Sommige bewoners hebben andere zorgen aan hun hoofd dan afval. Andere bewoners kiezen voor gemak en een kleine groep blijft zich simpelweg niks van regels aantrekken.
Het gedrag begrijpen van de kleine groep mensen die het probleem veroorzaakt, lijkt nu in elk geval een deel van een oplossing. “Ik zou ze dolgraag willen spreken”, zegt Hoogland. “Waarom zet je je oude kinderbed naast de container, als je het gratis kunt laten ophalen? Wat speelt er? Daar zit de sleutel.”
Het probleem zal waarschijnlijk nooit helemaal verdwijnen. Altijd zal er afval op straat te vinden zijn. Hoogland: “Als maatschappij zullen we een vorm van illegale stort moeten accepteren.” Maar dat betekent niet dat we bij de pakken neer moeten gaan zitten. Elke kilo die wél in container belandt, is een stap in de goede richting. “Het gaat de goede kant op.”
